Salarissen in het voortgezet onderwijs

Salarissen in het voortgezet onderwijsOver de salarissen van leraren bestaan uiteenlopende gedachten. Veel studenten kiezen niet voor het onderwijs omdat dit een leven in armoede zou betekenen. Ook leraren beamen vaak dat zij te weinig verdienen. Anderen menen echter dat docenten wel erg makkelijk een relatief hoog salaris verdienen. In dit artikel worden de belangrijkste feiten over salaris in het VO op een rijtje gezet waarna u zelf kunt oordelen.

Docentfuncties

Het salaris dat een docent in het voortgezet onderwijs (VO) verdient is afhankelijk van de functie waarin hij is aangesteld. Er bestaan in het VO drie verschillende docentfunctie: LB, LC en LD. Iedere functie kent een eigen salarisverloop, waarbij een LB-functie het laagste salaris heeft en een LD-functie het hoogste salaris. De functie waarin een docent wordt aangesteld bepaalt de directie van de school. Hoewel scholen hierin grotendeels hun eigen plan kunnen trekken zijn er wel een aantal overeenkomsten zichtbaar:
  • startende docenten beginnen vaak in een LB-functie
  • docenten die lesgeven in de onderbouw van het VO of lesgeven op het VMBO zitten relatief vaak in een LB-functie
  • docenten die bevoegd lesgeven in de bovenbouw HAVO/VWO zitten relatief vaak in een LC- of LD-functie
  • in de Randstad zitten er relatief gezien meer docenten in LC- en LD-functies dan buiten de Randstad. De overheid stelt hier extra geld voor beschikbaar om de Randstad aantrekkelijk te houden voor docenten.
  • De manier waarop scholen bepalen in welke functie iemand wordt benoemd is sterk verschillend. Veel scholen nemen alle startende docenten aan in een LB-functie. Vervolgens kan na een beoordelingscyclus besloten worden om de goede docenten in een hogere docentfunctie te benoemen. Andere scholen werken met een procedure waarbij docenten moeten solliciteren op een andere docentfunctie, waarbij zij moeten aantonen waarom zij in aanmerking zouden moeten komen voor een hoger salaris. Ook zijn er scholen die nog vasthouden aan principes van anciënniteit en dienstjaren, waarin iedere docent achter in de rij moet aansluiten, ongeacht de kwaliteit en betrokkenheid van de docent.

    Functiemix en entreerecht LD

    Hoewel scholen grote vrijheid hebben in het bepalen welke docentfuncties zij toekennen aan hun docenten zijn zij wel gebonden aan bepaalde percentages. De CAO-VO stelt scholen de verplichting om tot 2014 een percentuele groei te realiseren van LC- en LD-functies, hetgeen een krimp betekent van het aantal LB-functies. De verplichte groei van LC- en LD-functies is groter in de Randstadregio dan in de rest van Nederland.

    Een andere verplichting voor scholen m.b.t. de benoeming in LD-functies zal ingaan in augustus 2014. Vanaf dat moment zijn scholen verplicht iedere docent met eerstegraads bevoegdheid (bevoegd om les te geven in de bovenbouw HAVO/VWO) met tenminste 50% van zijn lessen in de bovenbouw HAVO/VWO te benoemen in een LD-fuctie.

    Salarisschalen

    In de onderstaande tabellen staat een overzicht van de brutomaandsalarissen van docenten per functie. Ieder schooljaar dat een docent in dienst is stijgt zijn salaris met één trede totdat de laatste trede is bereikt. Tot en met 2014 zal het salaris ook ieder kalenderjaar enigszins stijgen.

    Bruto maandsalaris leraarfunctie LB in Euro's
    trede 01-01-2012 01-01-2013 01-01-2014
    [/TD][TD]bedrag bedrag bedrag
    1 2445 2445 2445
    2 2505 2505 2505
    3 2573 2577 2581
    4 2641 2649 2657
    5 2709 2721 2734
    6 2788 2806 2829
    7 2875 2904 2940
    8 2972 3012 3066
    9 3077 3133 3209
    10 3190 3265 3368
    11 3314 3410 3544
    12 3445 3567 3739
    13 3587 3739
    14 3739
    Bruto maandsalaris leraarfunctie LC in Euro's
    trede 01-01-2012 01-01-2013 01-01-2014
    [/TD][TD]bedrag bedrag bedrag
    1 2460 2460 2460
    2 2578 2578 2578
    3 2703 2708 2713
    4 2828 2837 2848
    5 2954 2966 2982
    6 3085 3104 3132
    7 3222 3254 3298
    8 3366 3413 3479
    9 3516 3582 3676
    10 3673 3762 3889
    11 3835 3952 4117
    12 4005 4151 4361
    13 4180 4361
    14 4361
    Bruto maandsalaris leraarfunctie LD in Euro's
    trede 01-01-2012 01-01-2013 01-01-2014
    [/TD][TD]bedrag bedrag bedrag
    12470 24702470
    22617 26172617
    32775 27812788
    42933 29442959
    53091 31083130
    63258 32873323
    73435 34803538
    83623 36893778
    93821 39144039
    104029 41524324
    114247 44064631
    124475 46754962
    134713 4962
    144962 [/TD] [TD]

    De extraatjes

    Behalve het brutosalaris zoals weergegeven in bovenstaande tabellen kunnen leraren nog rekenen op een aantal van de volgende toeslagen:
  • Bindingstoelage: Een fulltime leraar die in de laatste trede van zijn salarisschaal zit krijgt eenmaal per jaar een bedrag van €1371,66
  • Eindejaarsuitkering: Een fulltime leraar ontvangt eenmaal per jaar een eindejaarsuitkering van 7,4% over het bruto-salaris
  • Vakantie-uitkering: Een leraar krijgt per gewerkte kalendermaand 8% van het bruto-salaris aan vakantiegeld. Dit wordt gezamenlijk in de maand mei uitbetaald.
  • Trekkingsrecht: Leraren die niet kiezen voor werkdrukvermindering kunnen hun "trekkingsrecht" laten uitbetalen. Het betreft dan de uitbetaling van 24 uur, waarbij het uurtarief is vastgesteld per functie (LB = €25,75, LC = €29,87, LD = €33,99).
  • Overige toeslagen: Een school kan er voor kiezen docenten toeslagen te geven bij bijzondere activiteiten. Denk hierbij aan overnachtingen op schoolkampen of het verrichten van extra werkzaamheden
  • Behalve bovenstaande toeslagen heeft een leraar uiteraard ook recht op vergoedingen van gemaakte kosten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan reis- en verhuiskosten vergoedingen.

    Samengevat

    Het salaris van een docent is sterk afhankelijk van zijn functie en salaristrede. Het minimum bruto-maandsalaris van een fulltime docent VO bedraagt €2445,-. Dit kan oplopen tot maximaal €4962,- bruto per maand. In de praktijk ligt dit salaris meestal iets hoger door de diverse toeslagen waar een docent recht op heeft.

    Lees verder

    © 2012 - 2025 Mvoetensen, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Vanaf 2021 is InfoNu gestopt met het publiceren van nieuwe artikelen. Het bestaande artikelbestand blijft beschikbaar, maar wordt niet meer geactualiseerd.
    Bronnen en referenties
    • CAO VO 2011-2012, geraadpleegd via http://www.vo-raad.nl/userfiles/bestanden/CAO/CAO-VO-2011-2012.pdf
    Reacties
    Tlansink, 01-04-2016
    Bedankt voor dit heldere artikel! Vraagje… Is het mogelijk om treden te dalen "omdat" je een schaal stijgt. Een vriendin van mij heeft van haar school met terugwerkende kracht toegang tot het entreerecht gekregen, en gaat dus van LB naar LD per komend jaar. Echter, nu heeft de directie aangegeven dat ze hiermee van trede 4 of 5, waar ze nu in haar LB zit, terug zou gaan naar trede 1, in LD dus. Mag dat? Voor mijn gevoel gebeurt hier iets raars.

    Alvast bedankt voor jullie antwoord!
    TReactie infoteur, 02-04-2016
    Beste T,

    Gebruikelijk is dat er wordt ingeschaald in de trede die qua salaris het dichtste bij het salaris staat dat eerder in de lagere loonschaal werd verdiend maar zeker niet lager is. Veel scholen kiezen er zelfs voor om de docent daarnaast ook één trede te laten stijgen zoals normaliter ook jaarlijks gebeurt. De CAO zegt hierover het volgende:

    13.3.
    Vaststelling maandsalaris bij functiewisseling
    1
    Het maandsalaris van de werknemer die wordt benoemd
    in een functie met eenzelfde of hogere maximumschaal:
    a.
    wordt vastgesteld op een bedrag dat ten minste gelijk
    is aan het laatstgenoten salaris inclusief de bij het
    salaris behorende structurele toelagen (waaronder in
    ieder geval de uitlooptoeslag als bedoeld in artikel
    25.2 en de bindingstoelage als bedoeld in artikel 3.5),
    dit met inachtneming van het bepaalde in artikel
    13.1 lid 2, en
    b.
    wordt zodanig vastgesteld dat de werknemer geen
    negatieve financiële effecten ondervindt of zal
    ondervinden van een tijdelijk ongunstiger
    carrièrepatroon behorend bij de nieuwe functie.

    Een achteruitgang in salaris is dus niet toegestaan. Ook niet tijdelijk.

    Groet,

    M. Voetensen
    Pipo, 05-03-2013
    Demotiverend systeem voor docenten die aan de vmbo of onderbouw havo vwo lesgeven.Reactie infoteur, 06-03-2013
    Klopt! In de praktijk is het vaak zo dat een school weinig geld meer overheeft voor deze groep docenten aangezien de 1e-graders al in LC of LD betaald moeten worden. Echter, ook VMBO-scholen moeten een aantal docenten benoemen in een hogere salarisschaal. Daarnaast is er in de Randstad extra geld beschikbaar waardoor een meerderheid van de docenten daar toch in LC terechtkomt.