Strategie: DESTEP analyse
DESTEP analyse is een tool om de attractiviteit van een land of gebied te meten aan de hand van zes krachten. Deze krachten zijn over het algemeen macro-economisch van aard en daarom niet beïnvloedbaar. Met het model wordt inzicht gegeven welke invloed deze krachten op de sector en de markt (en daarmee het bedrijf) hebben. Uit welke krachten bestaat het model?
DESTEP analyse is een tool om de macro omgeving in beeld te brengen. Bij de macro-omgeving gaat het om meer algemene en maatschappelijke factoren die van invloed kunnen zijn op de prestaties van het bedrijf. Over het algemeen zijn deze factoren niet door het bedrijf beïnvloedbaar. DESTEP analyse is onderdeel van de externe analyse van een bedrijf.
De macro-omgeving wordt door zes krachten in beeld gebracht:
Demografische factoren
Demografische factoren zijn kenmerken van de bevolking in de omgeving. Hierbij gaat het om aantallen, leeftijd, geslacht, inkomen, gezinssamenstelling etc. Demografische ontwikkeling kan op landelijk of lokaal niveau geanalyseerd worden. Een producent van fietsen zal bijvoorbeeld vergrijzing als een kans kunnen zien en hierop inspelen door te zorgen voor een ruimer assortiment aan elektrische fietsen. Een eigenaar van een kinderkledingwinkel heeft weer baat bij gezinnen met jonge kinderen en zal ook kijken naar kansen in het dorp (de bouw van een nieuwbouwwijk betekent over het algemeen nieuwe aanwas van jonge gezinnen).
Economische factoren
Hierbij gaat het om de economische situatie in een land of gebied. Een hoge inflatie betekent dat de prijzen snel stijgen. Een te hoge prijs leidt tot een afname van de vraag. Wanneer een land in een laagconjunctuur verkeert, wordt er weinig geïnvesteerd en geconsumeerd. Ook zaken als werkloosheid (minder consumptie) of de financiële situatie van de overheid (een hoge staatsschuld kan leiden tot bezuinigingen en hogere belastingen) zijn van belang voor de economische ontwikkeling. Economische factoren kunnen meer impact hebben op de ene sector dan op de andere sector. Bij een economische terugval wordt er snel bespaard op luxe uitgaven. Reisbureau's, autofabrikanten etc. merken dan een terugval in de omzet. Dit heeft weer een hogere werkloosheid in deze sectoren tot gevolg. Andere sectoren worden niet getroffen of profiteren juist van deze ontwikkeling (gezinnen gaan niet op vakantie maar gaan in plaats daarvan een weekend naar een pretpark).
Sociale factoren
Tot de sociale factoren horen onder andere normen en waarden, religie, cultuur, gedrag en opleidingsniveau. In bepaalde gebieden zijn consumenten meer trendsetters dan in andere gebieden, waar de consumenten meer conservatief en terughoudend zijn. In een land met een hoge mate van chauvinisme kan het voor een buitenlands bedrijf moeilijk zijn om een marktaandeel te veroveren. Ook gewoontes zijn belangrijk. Zo hebben Nederlanders graag mayonaise bij de friet, terwijl dit in veel landen als ongewoon wordt gezien. Het succes in een land kan dus niet zomaar worden overgedragen naar een ander land.
Technologische factoren
De technische ontwikkeling in een land of gebied kan een kans zijn voor een bedrijf. Zo hebben niet alle landen de beschikking over een goede infrastructuur en kunnen bepaalde innovatieve producten niet in elk gebied of land gemaakt worden. Ook technologische factoren in de bedrijfskolom zijn van invloed. Een ontwikkeling in de grondstofverwerking kan zorgen voor goedkopere inkoop van grondstoffen of een nieuwe ontwikkeling in het logistiek centrum kan resulteren in een snellere logistieke verwerking van de producten.
Ecologische factoren
Ecologische factoren zijn factoren die betrekking hebben op de omgeving. Het klimaat, de kans op natuurrampen en het milieu zijn zaken die hierbij meespelen. Een land met weinig regen en veel droogte is minder interessant voor landbouwers, maar een land met heftige regenstormen zal ook niet optimaal zijn. Bedrijven werken steeds meer met een MVO (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) beleid om zoveel mogelijk rekening te houden met het milieu.
Politieke factoren
Hierbij gaat het vooral om de houding van de overheid. Zaken als accijnzen, belastingen, de economie wel of niet stimuleren, de mate waarin export en import wordt toegestaan, wetswijzigingen, subsidies etc. Besluiten van de overheid kunnen een directe impact hebben op een bepaalde sector. Het invoeren van een bankenbelasting heeft er bijvoorbeeld voor gezorgd dat banken een groter deel van hun winst moesten reserveren om aan deze belasting te kunnen voldoen.