Het begrip 'omzet' in de commerciële retail
Als je praat over het begrip ‘omzet’, zullen er weinig mensen zijn die niet weten wat hier mee bedoeld wordt. Toch blijkt er in de praktijk veel verwarring te ontstaan over dit begrip.De algemene definiëring van ‘omzet’
Als je praat over het begrip ‘omzet’, zullen er weinig mensen zijn die niet weten wat hier mee bedoeld wordt. Toch blijkt er in de praktijk veel verwarring te ontstaan over dit begrip.Zo zal een logistiek manager van een retailbedrijf geneigd zijn omzet te beschouwen vanuit de gegevens die te maken hebben met voorraadniveau en omzetsnelheid. Hij bekijkt de omzet als het product van omzetsnelheid en gemiddelde voorraad: O = OS x GV. Een personeelsfunctionaris in de Retail zal omzet daarentegen interpreteren vanuit het aantal personeelsleden en de hoeveelheid werk die per personeelslid kan worden verzet. Hij bekijkt omzet vanuit de optiek van aantal personeelsleden (omgerekend in FullTime-Equivalenten) en arbeidsproductiviteit: O = FTE’s x AP. Er kan dus vanuit verschillende invalshoeken naar het begrip ‘omzet’ gekeken worden, wat we ook regelmatig terug zien in de commerciële kant van het retailbedrijf.
Het commerciële omzetbegrip in de retail
Leveranciers van de retail, vaak industriële ondernemingen, zullen geneigd zijn ‘omzet’ uit te drukken als het product van de gemiddelde prijs en het afzetvolume. Omet = Prijs x Volume.In de retail is dit echter een minder goede benadering van het begrip ‘omzet’. In tegenstelling tot de industriële ondernemingen waar vaak maar een enkele productgroep wordt afgezet, wordt er in de retail juist geopereerd in zoveel mogelijk productmarkten tegelijk. Elk product heeft zijn eigen prijs en zij eigen afzetvolume. Zou je bovenstaande formule gebruiken om bijvoorbeeld de omzet van een supermarkt uit te rekenen, dan zou je voor elk product apart de formule moeten hanteren en dit achteraf allemaal bij elkaar moeten optellen voor de totaalomzet. Om deze reden wordt er in de retail gewerkt met assortimenten. Dit zijn groepen van gelijksoortige artikelen. De omvang van zo’n assortiment wordt uitgedrukt in in het aantal verschillende varianten (Stock Keeping Units, SKU’s)
Voor een inkoper van een assortimentsgroep zal de omzet zijn gefocust op de markt waarin zijn assortiment zich bevindt. Hij meet zijn bijdrage aan het commerciële beleid van de onderneming als het marktaandeel dat hij weet te realiseren in deze deelmarkt. Hij zal zijn omzet bepalen door het gebruik van de formule: Omzet = Marktaandeel x Marktomvang. Vanuit het perspectief van een vestigingsmanager wordt het begrip omzet op een nog andere manier bekeken. Omzet = Klanten x Besteedt bedrag. Immers, een winkel bestaat uit heel veel verschillende assortimenten met een erg klein marktaandeel.
Doordat er dus door drie verschillende partijen op een heel verschillende manier naar het begrip omzet gekeken wordt, ontstaan er vaak misverstanden in het retailbedrijf.