Radicale en incrementele innovatie
Het woord ‘innovatie’ komt van het Latijnse ‘innovare’, wat zoveel betekent als iets nieuws maken. Innovatie kan dus omschreven worden als het introduceren van iets nieuws. Toch is het lastig om duidelijk te maken wat innovatie inhoudt in één enkele zin. Men kan innoveren in producten, services en processen, en er zijn veel verschillende manieren van innovatie. Radicale en incrementele innovatie zijn de twee meest gebruikte vormen.
Innovatie
Innovatie is iets van alle tijden. Zo wordt innovatie tegenwoordig vooral beschreven als het proces waarin ideeën in nieuwe mogelijkheden worden gevormd en op de markt worden gebracht, met als doel om meerwaarde te creëren voor de klant. Innovatie is in het bedrijfsleven een populaire term, al wordt hij vaak op een verkeerde manier gebruikt. Enkele misverstanden omtrent innovatie zijn:
- Innovatie is niet hetzelfde als een uitvinding: Het is perfect mogelijk om een uitvinding te doen die nooit door iemand zal worden gebruikt, of waar niemand nooit voordeel van zal hebben. Daardoor is het niet hetzelfde als een innovatie.
- Innovatie gaat niet alleen over nieuwe producten of diensten, maar omvat ook nieuwe bedrijfsprocessen , nieuwe strategieën en veel meer.
- Innovatie hoeft niet per se een heel nieuw idee te bevatten. Een goed idee is vaak een combinatie van twee oude ideeën die voor het eerst worden samengebundeld.
- Innovatie is niet hetzelfde als creativiteit. Alle innovatie begint met creatieve ideeën, zonder twijfel, maar innovatie is veel meer dan creativiteit, dat als een onderdeel van innovatie kan worden gezien.
Zoals gezegd begint elke innovatie met creatieve ideeën. Zonder creativiteit is er geen innovatie, maar creativiteit is op zichzelf niet genoeg voor een innovatie. Ondernemers hebben zonder twijfel creativiteit nodig om te kunnen innoveren. Creatief ondernemen betekent dus continu open staan voor mogelijkheden, nieuwe oplossingen bedenken voor oude en nieuwe uitdagingen en ze omzetten in business.
Vormen van innovatie
Alle innovaties zijn onder te verdelen in pakweg drie categorieën: productinnovatie, diensteninnovatie en procesinnovatie. In onderstaande tabel zijn enkele voorbeelden te vinden van bekende voorbeelden die duidelijk maken wat de verschillende vormen van innovatie inhouden:
Vorm | Innovatie | Innovator |
Product | iPod | Steve Jobs |
Service | 'No frills' vliegmaatschappij | Herb Kellner |
Proces | Assemblage lijn | Henry Ford |
Productinnovatie komt waarschijnlijk bij de meeste mensen als eerste in hun gedachten wanneer men het over innovatie in het algemeen heft. Productinnovaties zijn, in tegenstelling tot de meeste procesinnovaties, zichtbaar voor de klant. Toch is er vaak veel twijfel onder klanten of een nieuw product nu innovatief is of niet. Is de iPhone bijvoorbeeld een innovatie? Of de Windows Phone?
Radicale innovatie
De meeste mensen associëren innovatie met radicale innovatie. Deze vorm van innovatie is normaal gesproken het resultaat van een grote technologische doorbraak, waardoor hij erg opvalt. Radicale innovatie kan, in tegenstelling tot incrementele innovatie, onafhankelijk zijn van eerdere producten. Het is dus ook geen verbetering van een oud product, maar echt iets nieuws. Deze innovatie wordt radicaal genoemd omdat de producten volledig nieuw zijn, maar ook omdat het de markt ‘radicaal’ kan veranderen. Voorbeelden zijn het vliegtuig, de telefoon, de televisie, de radio, de lamp etc. De flat-screen televisie kan echter ook worden gezien als een radicale innovatie, omdat het een heel andere techniek gebruikt dan de televisie voorheen.
Bij een radicale innovatie is er vaak sprake van een hoge mate van onzekerheid. Bestaande producten worden immers niet verbeterd, maar iets totaal nieuws wordt bedacht waardoor het niet zeker is of het nieuwe product aan zal slaan. Radicale innovatie is moeilijk en risicovol.
Incrementele (of geleidelijke) innovatie
Een andere manier van innoveren is de incrementele verbetering van een product, dienst of proces. Het aantal incrementele innovaties is ongeveer tien keer zo groot als het aantal radicale innovaties. Daarbij komt dat incrementele innovaties vaak relatief onzichtbaar zijn, waardoor de buitenwereld in veel gevallen niet eens in de gaten heeft dat een bedrijf innovatief is. Bedrijven die zich vooral richten op productinnovaties worden sneller als ‘innovatief’ beschouwd dan bedrijven die zich vooral bezig houden met procesinnovaties, om de simpele reden dat die intern zijn. Incrementele innovatie wordt ook wel een geleidelijke innovatie genoemd.
Geleidelijke innovaties halen vaak niet de voorpagina’s, maar zijn voor bedrijven wel van cruciaal belang om concurrentievoordeel te behalen, en een groter marktaandeel te realiseren. Voorbeelden hiervan zijn de voortdurende innovaties van Gillette in hun scheermesjes, die om de zoveel tijd als ‘nieuw’ op de markt worden gebracht. Of de nieuwe modellen van autofabrikanten die ze jaarlijks op de markt brengen. Fabrikanten zijn alsmaar bezig met incrementele innovaties om verbeterde producten op de markt te kunnen brengen.
Organisaties dienen tegelijk aan zowel radicale als incrementele innovaties te werken. Beide vormen van innovatie hebben een andere aanpak nodig, omdat ze eigenlijk niet te vergelijken zijn. Bij een geleidelijke innovatie ligt het accent van het creëren van meerwaarde op de korte termijn. Je wil je product dusdanig verbeteren zodat klanten het morgen willen kopen. Bij een radicale innovatie ligt de focus echter veel meer op de lange termijn. Je moet jezelf afvragen wat de vraag in de toekomst gaat zijn, en niet zozeer wat de vraag morgen is. De oprichter van Apple, Steve Jobs, was één van de meest innovatieve mensen in de bedrijfswereld. Met zijn ideeën heeft hij markten veranderd en vraag gecreëerd voor de producten die hij aan het ontwikkelen was. Apple wordt niet voor niets beschouwd als één van de meest innovatieve bedrijven van de laatste jaren. Een voorbeeld voor iedereen op het gebied van innovatie.