Uitleg over surseance van betaling
Een rechtbank kan besluiten om aan een ondernemer surseance van betaling te verlenen. Deze uitstel van betaling biedt de ondernemer(s) in kwestie enige speelruimte om tot een financiële oplossing te komen en een faillissement af te wenden. Bij een surseance van betaling gaat het dus om een tijdelijke 'ruimte' van in principe maximaal 1,5 jaar waarbij een onderneming goed moet werken aan de liquiditeit.
In de praktijk blijkt dat dit niet makkelijk is omdat er een soort vloek over het bedrijf gaat heersen zodra de surseance van kracht is. Leveranciers en klanten worden wantrouwig en laten de onderneming snel links liggen. Dit komt onder meer doordat de voorlopige surseance van betaling wordt gepubliceerd in de Staatscourant, in (lokale) media en op websites. Ondanks de goede bedoelingen monden meer dan 50% van de surseances alsnog uit in faillissementen.
Artikel 213 van de Faillissementswet stelt dat surseance van betaling kan alleen worden toegepast op rechtspersonen zoals BV's en natuurlijk personen (eenmanszaken) met een zelfstandig beroep of die een eigen bedrijf voeren. Surseance van betaling kan dus niet worden toegepast op particulieren die failliet dreigen te gaan.
Aanvraag
Heeft jouw bedrijf moeite om direct opeisbare vorderingen te voldoen maar is de verwachting dat dit in de toekomst wel mogelijk zal zijn? Dan kun je surseance van betaling aanvragen. In tegenstelling tot bij een faillissementsverzoek is er geen aandeelhoudersbesluit of opdracht van de aandeelhouders aan de bestuurder noodzakelijk. De surseance van betaling kan worden aangevraagd door een verzoekschrift in te dienen bij de rechtbank. Het verzoekschrift moet worden aangevuld met een beschrijving van de boedel, baten en schulden, gegevens van schuldeisers en de bedragen van hun vorderingen.
De rechtbank verwacht dat je goed kunt onderbouwen waarom je denkt dat de problemen kunnen worden opgelost en welke tijd je hier voor nodig hebt. Hij verwacht harde feiten om tot een goed oordeel te kunnen komen, dus bereid je hier goed op voor. Op basis van deze gegevens kan de rechtbank een periode vaststelen waarover de surseance wordt toegestaan. Voor de meeste rechtbanken is het niet makkelijk om direct tot een deskundige besluit te komen vandaar dat er in de meeste gevallen een voorlopige surseance van betaling wordt verleend.
Bewindvoerder
Het meest zure aan een surseance van betaling is dat de rechtbank een bewindvoerder aanstelt die beheer en beschikking over het vermogen van de onderneming krijgt. In zekere zin lijkt het handelen van de bewindvoerder op die van de curator bij een faillissement. In de praktijk komt het er op neer dat de bestuurders van een onderneming bijna iedere financiële handeling moeten overleggen met de bewindvoerder en toestemming moeten krijgen. Voor zaken zoals strategie, marketing etc. houdt de bestuurder zijn of haar bevoegdheid.
Definitieve surseance
Om tot een definitieve surseance van betaling te komen zal de rechtbank het verzoek tijdens een zitting behandelen. Bij deze behandeling zijn aanwezig: de bestuurder(s), de schuldeisers, de bewindvoerder en indien van toepassing de Rechter-Commissaris. Tijdens de behandeling van de zaak zal de rechtbank de schuldeisers vragen of zij uitstel van betaling accepteren. Hierover wordt vervolgens gestemd. Gaat het wettelijk vereiste aantal schuldeisers niet akkoord dan wordt de surseance van betaling niet verleend. Gaan zij wel akkoord dan betekent dit nog niet automatisch dat de surseance wordt verleend. De rechtbank wil namelijk zeker weten dat er toekomstperspectief is en moet vertrouwen hebben in de bestuurder(s). Is dit niet het geval dan wordt de surseance van betaling niet verleend en is het faillissement van de onderneming (snel) in zicht.
Als de rechtbank een definitieve surseance van betaling heeft verleend dan mag/mogen de bestuurder(s) niet meer eigenmachtig optreden. Doen zij dit wel dan kan de bewindvoerder deze handelingen nietig verklaren.
Schuldeisers
Tijdens de surseance van betaling kunnen schuldeisers niet vorderen. De rechtbank heeft immers een uitstel van betaling verleend aan de onderneming. Zijn er mogelijkheden om schuldeisers te betalen dan is dit uiteraard toegestaan, maar wel in overleg met de bewindvoerder. De schulden moeten evenredig worden betaald, dit wil zeggen dat iedere schuldeiser een gelijk deel krijgt.
Bewindvoerder
De bewindvoerder is bijna altijd een ervaren advocaat die door de rechtbank tot bewindvoerder is aangesteld. Deze bewindvoerder kan vervolgens bij een faillissement als curator worden aangesteld.