De koopovereenkomst
Een koopovereenkomst is een overeenkomst waarbij de verkoper een product/dienst moet leveren aan de koper en waarbij de koper een vergoeding, vaak in geld, aan de verkoper moet betalen. De koopovereenkomst is geregeld in Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek vanaf artikel 1.
Plichten van koper en verkoper
Een koopovereenkomst wordt, net als andere overeenkomsten, gesloten door aanvaarding van het aanbod. De koopovereenkomst is vormvrij, dit wil zeggen dat koper en verkoper zelf mogen bepalen of ze de koopovereenkomst mondelings of schriftelijk willen sluiten. Ook een mondelinge koopovereenkomst is geldig en schept verbintenissen tussen koper en verkoper.
Plichten verkoper
Als de koopovereenkomst gesloten is, heeft de verkoper drie verplichtingen.
Eigendomsoverdracht
Hij moet de gekochte zaak aan de koper in eigendom overdragen. Dit wil zeggen dat de verkoper ervoor moet zorgen dat de koper juridisch gezien eigenaar wordt.
Afleveren
De verkoper moet er voor zorgen dat de koper het feitelijk bezit van de zaak daadwerkelijk krijgt.
Zaak die aan de overeenkomst beantwoordt
De verkoper moet er voor zorgen dat de gekochte zaak voldoet aan de eisen die de koper daaraan normaal gesproken mag stellen.
Plichten koper
De belangrijkste verplichting van de koper is dat hij de afgesproken koopprijs op tijd betaalt. De term 'op tijd' is relatief, dit zal dus in de overeenkomst tussen beide partijen besproken moeten worden.
De koopovereenkomst wordt niet nagekomen
Wanneer er een koopovereenkomst is gesloten, zijn koper en verkoper verplicht zich aan de afspraken te houden. Maar welke mogelijkheden zijn er als de andere partij de overeenkomst niet nakomt? We spreken dan van een 'tekortkoming in de nakoming'. Zo'n tekortkoming kan bestaan uit: niet goed presteren, niet presteren of te laat presteren.
Nakoming eisen
Er kan contact opgenomen worden met de (ver)koper waarin hij vaststelt dat de tegenpartij zich niet aan de overeenkomst houdt. Dit wordt een 'ingebrekestelling' genoemd.
Opschorten eigen verplichting (art. 6:262 BW)
Zolang de verkoper het product/dienst niet levert, hoeft de koper de koopsom niet te betalen. We spreken dan dat de koper zijn eigen verplichtingen 'opschort'.
Ontbinding van de overeenkomst
Wanneer een van de partijen in gebreke blijft, kan er uiteindelijk een ontbinding van de overeenkomst volgen. Dit betekent dat de overeenkomst niet langer geldig is. Koper en verkoper zijn dan weer 'vrij' en hebben geen verplichtingen meer ten opzichte van elkaar. Wanneer er een aanbetaling heeft plaatsgevonden dient deze in zijn gehele teruggestort te worden.
Schadevergoeding
Een laatste mogelijkheid is de schadevergoeding eisen. Een schadevergoeding is alleen mogelijk als er wordt voldaan aan drie eisen:
Toerekenbare tekortkoming
Er moet sprake zijn van een zogeheten toerekenbare tekortkoming van de verkoper. Een tekortkoming is toerekenbaar als het tekortschieten verwijtbaar is aan de leverancier.
Materiële schade
Een tweede voorwaarde voor schadevergoeding is dat er werkelijk schade moet zijn geleden. Dit kan misgelopen winst zijn als voorbeeld.
Rechtstreeks verband tussen tekortkoming en schade
Als laatste voorwaarde voor schadevergoeding geldt dat de schade echt veroorzaakt moet zijn door de tekortkoming. De schade moet rechtstreeks te maken hebben met het uitblijven van de prestatie.