Negotiating, onderhandelen in het engels
Als je met iemand zaken wilt doen, zal er vaak moeten worden onderhandeld om tot een compromis te komen. Omdat veel bedrijven tegenwoordig internationaal gericht zijn, kan het steeds vaker voorkomen dat er Engels zal moeten worden gesproken. Onderhandelen is vaak al lastig genoeg in het Nederlands, laat staan in een vreemde taal zoals het Engels. Zijn er dan bijvoorbeeld andere gebruiken? Hieronder vind je tips, voorbeeldzinnen en do´s en dont´s bij het negotiating.
Er bestaan drie verschillende soorten onderhandelaars. De zachte onderhandelaar, die de relatie het belangrijkst vindt. De harde onderhandelaar, waarbij alles draait om het winnen, en de principiële onderhandelaar, welke hard is op het probleem, maar zacht naar de mensen toe. Het probleem van de zachte onderhandelaar is dat hij of zij te makkelijk toegeeft, de harde onderhandelaar daarentegen kan de relatie beschadigen, omdat het hem alleen draait om het winnen en hij het als een wedstrijd ziet. Probeer bij het onderhandelen altijd de rol van de principiële onderhandelaar in te nemen, dan zal er een win-win situatie ontstaan, omdat je bereid bent samen te werken en concessies te doen.
Verschillende fases
Voorbereiden
Tijdens de voorbereidingsfase beslis je wat je wil gaan bereiken. Hierbij is het belangrijk dat je je doelstellingen gaat prioriteren. Wat moet je bereiken, wat hoop je te bereiken en andere mogelijkheden. Hoe meer doelstellingen je hebt, hoe meer ruimte je hebt voor het onderhandelen, je kan dan geven en nemen.
Introductie
Begin altijd met small talk om het ijs te breken. Maak een opmerking over het weer, het gebouw waarin je je bevindt of bijvoorbeeld de reis. Stel je voor en vertel kort wat je doet. Hierna kun je proberen nog iets te praten, om een ontspannen sfeer te creëren. Dan begin je met het inleiden van de onderhandeling. Zinnen die je hiervoor kunt gebruiken zijn:
- We're here today to ...
- Our main aim today is to ...
- We would like to ...
Voorstellen, argumenten en tegenvoorstellen
In deze fase legt de eerste partij zijn voorstellen op tafel en beargumenteert deze. Hier kan de tegenpartij op reageren door het doen van een tegenvoorstel. Voorbeeldzinnen hierbij zijn:
- I suggest that ...
- What would you say to ...
- How / What about ...
Onderhandelen
In de onderhandelingsfase beginnen de onderhandelaars te geven en nemen. Je probeert een voor jou lage prioriteit te ruilen tegen een doelstelling die een hoge prioriteit heeft voor de tegenpartij, en andersom. Vergeet niet om in deze fase altijd argumenten te gebruiken.
Enkele zinnen die je kunt gebruiken bij het onderhandelen zijn:
- If you would be prepared to ...
- We might be able to ...
- If you can guarantee ...
- We are prepared to ...
- Would you be willing to ...?
Afhandelen
Wanneer de onderhandelingen klaar zijn en beide partijen eruit zijn, kan worden afgerond. Het geven van een korte samenvatting over de afgesproken doelstellingen is hierbij erg belangrijk.