Wat zijn genotsrechten?
Beperkte rechten zijn rechten afgeleid uit een meer omvattend recht, die laatste is bezwaard met een beperkt recht. Beperkte rechten kunnen weer onderverdeeld worden in zekerheidsrechten en genotsrechten. Hier ga ik in op de genotsrechten.
Een genotsrecht geeft de beperkt gerechtigde een recht op feitelijk gebruik van het goed waarop het betreffende genotsrecht rust. Genotsrechten zijn de rechten van: erfdienstbaarheid; erfpacht; opstal; en vruchtgebruik. Vruchtgebruik kent weer de bijzondere vormen van het recht van gebruik en van bewoning.
Beperkte rechten kunnen ontstaan door vestiging of verkrijgende verjaring. Bij vestiging gelden de regels voor overdracht van het goed waarop het recht rust van overeenkomstige toepassing. Het recht gaat teniet door: het tenietgaan van het recht waaraan zij zijn verbonden (afhankelijke rechten), verlopen van de tijd, afstand, opzegging en vermenging. Dit alles is geregeld in Boek 3 en 5 van het Burgerlijk Wetboek.
Erfdienstbaarheid
Erfdienstbaarheid is een last, waarmee een onroerende zaak (het dienende erf), ten behoeve van een andere zaak (het heersende erf) is bezwaard. Een erfdienstbaarheid houdt een last op het dienende erf in dat bestaat uit een verplichting om iets toe te laten of om niet te doen dus nooit een verplichting om iets te doen.
Erfpacht
erfpacht geeft de bevoegdheid aan de erfpachter om een aan een ander toebehorende onroerende zaak te houden en te gebruiken. Het erfpacht rust niet alleen op de grond, maar kan ook rusten op de gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verbonden en op de beplantingen. De erfpachter heeft alleen een zakelijk recht waar een vergoeding voor afgesproken kan zijn, deze heet een canon.
Oorspronkelijk was dit voor grondeigenaar de mogelijkheid om hun door onkruid overwoekerde gronden te laten ontginnen door een ander (de erfpachter) en eenmaal ontgonnen kon de erfpachter het zelf gebruiken. Later kreeg de grondeigenaar zijn grond ontgonnen en vruchtbaar terug.
Opstal
Opstal is een zakelijk recht om in, op, dan wel boven een aan een ander in eigendom toebehorende onroerende zaak, gebouwen, werken of beplantingen in eigendom te hebben of te verkrijgen. De opstaller wordt eigenaar van de opstallen, dit recht doorbreekt de natrekkingsregel.
Vruchtgebruik
Vruchtgebruik geeft het recht om goederen die aan een ander toebehoren, te gebruiken en daarvan de vruchten te genieten. de vruchtgebruiker mag de goederen (vruchten) gebruiken en verbruiken, onder voorwaarde dat hij zich aan de regels houdt zoals deze zijn afgesproken bij de vestiging of naar de aard van de goederen of de plaatselijke gewoonten.
Appartementsrecht
Dit recht is gebaseerd op de gedachte dat de eigenaar van een gebouw dit eigendomsrecht moet kunnen delen ten behoeve van een of meer anderen.
Een appartementencomplex is het gebouw dat verdeeld wordt in appartementen, de eigenaren van de afzonderlijke appartementen hebben rechten ten aanzien van hun deel en zijn mede-gerechtigd ten aanzien van het gehele appartementencomplex. Het appartementsrecht ontstaat uit splitsing
Mandeligheid
Wanneer de eigenaars van twee of meer erven een hen toebehorende onroerende zaak bij een tussen het opgemaakte notariële akte tot gemeenschappelijk nut van de erven bestemmen ontstaat mandeligheid. Het kan ook van rechtswege ontstaan: als een grens tussen erven van twee verschillende eigenaars een vrijstaande scheidsmuur, hek of heg doorloopt dan worden deze zaken gemeenschappelijk eigendom en mandelig.