Transitievergoeding bij ontslag
Tot 2015 geldt de ontslagvergoeding oftewel de gouden handdruk bij onvrijwillig ontslag. Vanaf 2015 geldt alleen nog maar de transitievergoeding. In bepaalde gevallen waarbij van ernstige verwijtbaarheid sprake is, kan de kantonrechter beslissen tot een ontslagvergoeding. Deze kan hoger of lager uitvallen dan de transitievergoeding. De ontslagen werknemer moet de transitievergoeding gebruiken om nieuw werk te vinden.
Wet Werk en Zekerheid
De transitievergoeding valt onder de wet Werk en Zekerheid. Vanaf 2014 verandert er een hoop op de arbeidsmarkt door veranderingen in deze wet. Het arbeidsrecht neemt geheel andere vormen aan dan vóór 2014. Dit soms ten nadele van de werknemers en ten voordele van de werkgevers. Zo verloopt het ontslagrecht sneller, verdwijnt de gouden handdruk dus wordt ontslaan goedkoper en wordt de WW-uitkering terug gebracht.
Oude regeling: ontslagvergoeding of gouden handdruk
De ontslagvergoeding is bedoeld voor werknemers die gedwongen ontslagen worden door reorganisatie binnen het bedrijf. Het ontslag van de werknemer(s) moet aangevraagd worden via het UVW. De kantonrechter bepaald de hoogte van de ontslagvergoeding, die in de meeste gevallen wegingsfactor 1 zal zijn. Dit houdt in dat voor ieder gewerkt dienstjaar, één maandsalaris uitbetaald wordt. De factor kan ook 0,5. 1,5 of 2 zijn. Bij factor 2 bijvoorbeeld, krijgt de werknemer het dubbele dan hij bij factor 1 zou krijgen. Door veranderingen in de wet Werk en Zekerheid vervalt de ontslagvergoeding in zijn oude regeling. Dit geldt vanaf juli 2015.
Waarom transitievergoeding?
Voorheen kregen gedwongen ontslagen werknemers de gouden handdruk oftewel ontslagvergoeding. Met dit geld konden ze in principe doen wat ze zelf wilden. De koopwoning kon ermee afgelost worden, maar ook kon het geld gebruikt worden om aankopen te doen of andere leningen af te betalen of om mee te sparen. Met de transitievergoeding vervalt dit allemaal. De transitievergoeding is bedoeld om de werknemer opnieuw aan het werk te krijgen. Het geld moet dan ook besteed worden aan cursussen of opleidingen of aan begeleiding bij het zoeken naar een nieuwe baan. Op deze manier worden werknemers sneller gedwongen een nieuwe baan te zoeken. Voor werkgevers is de ontslagprocedure goedkoper.
Vergoeding een stuk lager dan vroeger
Met de oude ontslagregeling kreeg de werknemer gemiddeld voor ieder gewerkt dienstjaar, een bruto maandsalaris als ontslagvergoeding. Ook speelde leeftijd een rol. Vanaf 40 jaar liep de wegingsfactor op naar 1,5 tot 2. Gemiddeld bedraagt de transitievergoeding ruim 25 procent van wat een werknemer volgens de oude ontslagregeling zou krijgen. Zou iemand vóór 2015 een ontslagvergoeding van 40.000 euro krijgen, dan bedraagt de transitievergoeding vanaf 2015 ongeveer nog maar 10.000 euro. En dat is wel even slikken voor de meesten.
Werknemers die vanaf 2015 vijftig jaar of ouder zijn krijgen te maken met een overgangsregeling. Voor hen geldt de oude regeling nog of gedeeltelijk de oude regeling.
Kantonrechterformule
Bij ernstige verwijtbaarheid van de werkgever kan besloten worden om toch gebruik te maken van een ontslagvergoeding. Ook wanneer met de vakbonden of in de overeenkomst is afgesproken dat bij ontslag een ontslagvergoeding wordt toegekend, wordt deze door de kantonrechter toegewezen. Er wordt soms ook wel gesproken van individueel ontslag. Vanaf 2015 geldt de nieuwe kantonrechterformule. Dit houdt in dat de ontslagformule lager uitvalt dan vóór 2015. Gemiddeld bedraagt dit 20 procent minder dan de oude formule. Zou iemand volgens de oude ontslagvergoeding 25.000 euro krijgen, dan is dit volgens de nieuwe kantonrechterformule nog maar (ongeveer) 20.000 euro.
Maximum
Er is nog een verandering in de vergoeding bij ontslag. Vanaf 2015 mag de maximale vergoeding nog maar 75.000 euro bedragen. Alleen bij een jaarsalaris hoger dan 75.000 euro, mag de vergoeding meer bedragen, maar niet meer dan één jaarsalaris. Kleine bedrijven met minder dan 25 werknemers hoeven ook minder transitievergoeding te betalen. Deze regeling geldt tot het jaar 2020. De duur van het dienstverband wordt dan berekend vanaf 2013. Iemand die in 2015 ontslagen wordt en 10 jaar in dienstverband was, krijgt een transitievergoeding vanaf het jaar 2013, dus over twee jaren.
Berekening
Wie korter dan tien jaar in dienstverband is, krijgt eenderde maandsalaris per gewerkt jaar als transitievergoeding. Vanaf 10 jaar dienstverband bedraagt dit een half maandsalaris per gewerkt jaar. Iedereen kan dus zelf uitrekenen hoeveel hij of zij krijgt bij ontslag. Dit geldt alleen bij grote bedrijven vanaf 25 werknemers. Kleine bedrijven tot 25 werknemers hebben een overgangsregeling tot het jaar 2020 (zie boven bij maximum).
De kantonrechter kan bepalen dat er meer transitievergoeding wordt betaald, of dat er recht is op ontslagvergoeding. De werknemer moet niks verwijtbaar zijn en de werkgever moet het ontslag duidelijk door willen zetten. Daarnaast moet er geen sprake zijn van economische redenen. De werkgever kan dan via de kantonrechter een ontslagvergoeding aanvragen.
Soms wordt er minder transitievergoeding toegekend, bijvoorbeeld omdat de werknemer ernstig verwijtbaar is. In enkele gevallen wordt er zelfs helemaal geen vergoeding toegekend. Ook dit bepaalt de kantonrechter. Bij vrijwillig ontslag zal er in ieder geval niks uitgekeerd worden. Bij collectief ontslag (meer dan 20 werknemers) kan een sociaal plan worden opgesteld. Het sociale plan betreft voorzieningen voor de ontslagen werknemers, maar ook voor de achterblijvers.