De SRV-wagen... een stukje nostalgie
Meerdere generaties zijn opgegroeid met de SRV-wagen in het straatbeeld: de rijdende winkel die meermaals per week door de straat reed en waar je de dagelijkse boodschappen kon kopen. De SRV-man was bij iedereen bekend. In de jaren ’90 zijn veel SRV-wagens verdwenen, mede door de opkomst van de grotere supermarkten.SRV, het ontstaan van een traditie
Het idee was simpel, maar jarenlang heeft de rijdende winkel veel mensen voorzien van de dagelijkse boodschappen. Veel mensen hebben er plezier aan beleefd. De vertrouwde SRV-man die de boodschappen praktisch tot aan de deur kwam brengen.Dat idee was niet nieuw. De melkboer was tot in de jaren ’50 en ’60 een nog uitgeoefend beroep. Iemand de zuivelproducten aan huis bracht, of eventueel een klein winkeltje had met dagelijks verse zuivel. Evenzogoed was er een groenteboer die de groenten kwam brengen. Na de oorlog, in de jaren ’50 en ’60 werd het aantal melkboeren al tanende vanwege de opkomst van de grote coöperaties, de zuivelfabrieken met vracht(melk)wagens en uiteraard ook de supermarkt.
In 1966 hebben meerdere groothandels vanuit heel Nederland de handen ineen geslagen. Deze groothandels leverden met name aan de melkhandel (winkeliers, melkboeren, etc.). De samenwerking van de groothandels Super Ratio en Knipkaart leidde tot een nieuwe organisatie: Samen Rationeel Verkopen (SRV). Het doel van de samenwerking was om een grotere vuist te kunnen maken als inkooporganisatie met schaalvoordelen. Vele jaren later doet ook de uitleg de ronde, dat SRV duidt op de eerste drie klinkers in het woord Service.
Op dat moment bestond het idee van de rijdende winkel nog niet. Dit kwam wel vrij snel tot stand. Niemand minder dan de latere topman van Philips, de heer Cor Boonstra, werd destijds benoemd als de eerste directeur van de SRV. Uit zijn koker komt het idee van de SRV-wagen. En zo werd de als inkooppartij bedoelde organisatie een succesvolle winkelformule die nog vele jaren toonaangevend in het Nederlandse straatbeeld zal zijn.
Leve de man van de SRV…
De SRV-wagen werd een verkoopformule. Er werden folders verspreid met de aanbiedingen. Men introduceerde een spaarprogramma met zegeltjes om zo klanten aan zich te binden. Er kwam zelfs een eigen merklijn van diverse producten en ook op radio en TV werd reclame gemaakt voor de SRV-man. Een bekende slogan van deze commercial die jarenlang bleef hangen in het hoofd van velen, is: “Leve de man van de SRV, van je hiep hiep hiep hoeree!”De SRV-wagen had concurrentie van de supermarkt. De eerste supermarkt van Nederland werd in 1953 door Dirk van den Broek geopend in Amsterdam. Kenmerkend voor de supermarkt is de zelfbediening. Dit was relatief nieuw, men was tot op dat moment gewend dat de winkelier je helpt met het verzamelen van de benodigde artikelen in de winkel. Supermarkten vestigden zich, vaak eerst als kleinere winkels, maar later met steeds grotere omvang, op centrale plaatsen. Zo kon iedereen makkelijk de winkel bereiken en bediende men een groot publiek. De supermarkt was een grote concurrentie voor de SRV-wagen. De SRV-man moest opboksen tegen de relatief lagere prijzen van de supermarkt. Zij konden goedkoper zijn vanwege de grootschaligheid van de winkel (één winkel op een groot woongebied), geen brandstofkosten, relatief lagere personeelskosten (zelfbediening) en zeker later ook de supermarktformules waardoor men inkoop en logistiek groots kon aanpakken. De SRV-man bediende een eigen klantengroep: hij moest het hebben van de mensen die niet naar de supermarkt toe konden (zoals veel ouderen), die zich graag lieten bedienen van het gemak van boodschappen aan huis, en vaak van mensen die iets vergeten waren mee te nemen uit de supermarkt.
De SRV-wagens hadden een typische uitstraling: het was een grote doos op wielen. Van binnen waren schappen aan beide zijden aangebracht waarin de boodschappen waren uitgestald. Een kleine koeling en vrieskist was aanwezig voor de vers- en diepvriesproducten. Herkenbaar waren de bierkratjes die op een stelling achterop de wagen was gemonteerd. De SRV-wagens werden gebouwd door Nederlandse, Franse en Belgische bedrijven. De aandrijving kon zowel met een benzine- als elektromotor.
Einde van een tijdperk?
In 1995 is de SRV-formule opgeheven. Men kon niet meer op tegen de steeds groter wordende supermarktformules. Zij vervulden nagenoeg de volledige consumptiebehoefte van het publiek: alle producten (veel meer dan in de rijdende winkel passen) zijn verkrijgbaar tegen lagere prijzen, op een centrale, makkelijk bereikbare locatie met voldoende parkeergelegenheid. De SRV-wagen had, zeker in de stedelijke gebieden, geen functie meer.Dat wil niet zeggen dat de rijdende winkel is verdwenen. Integendeel. In 1995 nam Springer & Partners de formule over en men ging in sterk gereduceerde vorm verder. Wist je dat er medio 2011 nog altijd ruim 300 rijdende winkels in Nederland zijn? Waar de rijdende winkel in de stedelijke gebieden geen functie meer heeft, is in de landelijke gebieden er juist wel behoefte. Kleinere dorpen die te klein zijn voor een supermarkt (zeker een supermarkt van een grote keten, die een minimale doelgroep moet dienen om kostendekkend/winstgevend te kunnen zijn), hebben nog altijd baat bij een rijdende winkel. Ook ouderen maken nog graag gebruik van de rijdende winkel. Voor hen is het persoonlijke contact juist iets waar men waarde aan hecht. Echter deze doelgroep zal langzaam verdwijnen.
Ook blijkt het idee om boodschappen bij de mensen thuis te brengen wel degelijk bij een bepaalde doelgroep aanslaat. Zeker bij huishoudens die geen tijd hebben voor het doen van boodschappen en graag een klein beetje extra betalen voor het laten bezorgen, is dit concept zeer geliefd. Het succes van Albert, de bezorgdienst van Albert Heijn is ongekend groot. Het concept is anders dan de rijdende winkel: Albert bezorgt de door jou bestelde boodschappen thuis.