De thuiswerkovereenkomst

Thuiswerken is zeer populair in Nederland. Hierbij staat de thuiswerkovereenkomst centraal. Dit is een soort arbeidsovereenkomst, maar dan aangepast op de afwijkende arbeidsverhouding tussen werkgever en thuiswerker. Alles over de thuiswerkovereenkomst vind je hier.

De thuiswerkovereenkomst

Als er gesproken wordt over de thuiswerker, bedoelen we niet de werknemers die incidenteel of structureel een dag 'thuis' hun werkzaamheden verrichten. Deze werknemers, ook wel bekend als telewerkers, zijn werkzaam op basis van een gewone arbeidsovereenkomst, loggen thuis in op het netwerk en onderscheiden zich qua rechtspositie niet van werknemers die vijf dagen per week achter het bureau in het kantoor van de werkgever zitten. Op deze wijze kan worden bespaard op de arbeidskosten. Thuiswerk is namelijk goedkoper dan reguliere arbeid, onder meer door het feit dat minder vierkante meters kantoorruimte nodig zijn en minder reisuren behoeven te worden gemaakt.

Thuiswerker: werknemer of opdrachtnemer?

Is een thuiswerker nu werknemer of opdrachtnemer? Deze vraag moet worden beantwoord aan de hand van de criteria van Artikel 7:610 BW.
Het gaat om de vereisten dat de arbeid persoonlijk moet worden verricht en dat de thuiswerker 'in dienst is van de werkgever'. Wat dit eerste element betreft, in veel gevallen kan de thuiswerker zijn arbeid ook (mede) door anderen, zoals gezinsleden, laten verrichten. Vaak, bij werkzaamheden van eenvoudige aard, maakt het ook niet zoveel uit wie de arbeid doet, het resultaat telt alleen. Is er in de overeenkomst een bepaling opgenomen dat de thuiswerker zich te allen tijde door een ander mag laten vervangen, dan hoeft dit echter nog niet meteen tot de afwezigheid van een arbeidsovereenkomst te leiden. Dit gegeven levert slechts een vermoeden op dat er geen arbeidsovereenkomst bestaat, maar uit de feitelijke situatie kan het tegendeel worden afgeleid.

Mochten de werkgever en de thuiswerker het niet eens worden over de juridische kwalificatie van de thuiswerkverhouding, dan zal een gang naar de rechter veelal het eindstation zijn. In dat geval kan de thuiswerker, net als de vermeende freelancer en andere flexibele contractanten, een beroep doen op het rechtsvermoeden van Artikel 7:610a en 7:610b BW. Het rechtsvermoeden is een steuntje in de rug voor de thuiswerker. Als hij ten behoeve van de werkgever tegen beloning minstens drie maanden wekelijks, dan wel gedurende ten minste 20 uren per maand enige vorm van arbeid heeft verricht, wordt vermoed dat deze arbeid op basis van een arbeidsovereenkomst is verricht. De werkgever kan dit vermoeden weerleggen door bijvoorbeeld aannemelijk te maken dat geen sprake is van enige zeggenschap, dan wel dat de arbeid niet persoonlijk behoeft te worden verricht.

Rechtsbescherming van de thuiswerker

De omvang van de rechtsbescherming is afhankelijk van de juridische kwalificatie van de thuiswerkverhouding. Is er sprake van een arbeidsovereenkomst, dan gelden alle rechten en verplichtingen die ook gelden bij een 'gewone' arbeidsovereenkomst. Is de thuiswerker niet op basis van een arbeidsovereenkomst werkzaam, dan gelden de regels van óf de overeenkomst van de opdracht óf de aanneming van werk. Deze regels zijn respectievelijk te vinden in artikel 7:400 BW e.v.